Is woordvoerder bij de Spoorwegen een lousy job?

Storm en de Spoorwegen

 

Soms is het vak van woordvoerder echt een lousy job. Zeker als je bij de Nederlandse Spoorwegen werkt en je de beleidskeuzes van je management voor de camera moet uitleggen en je aan je water aanvoelt dat het verhaal dat je moet vertellen van geen kanten klopt. Dat gevoel moeten de woordvoerders van de NS ongetwijfeld gehad hebben toen ze tijdens de mega-storm van 18 januari erop uit werden gestuurd om de reizigers en de media het beleid van de Spoorwegen uit te leggen dat niet uit te leggen viel. Maar dat was niet hun schuld…

Ook ik heb het in vroeger tijden als perswoordvoerder wel eens meegemaakt dat ik door het management erop uitgestuurd werd om een verhaal aan de media te vertellen dat meer vragen oproept dan ze beantwoordt. Je moet dan als woordvoerder stevig in je schoenen staan. Eigenlijk moet je missionariswerk doen op zulke momenten. Maar uiteindelijk zit niet jij, maar je baas in de driving seat. Zolang het dan niet om hoog ethische zaken gaat heb je als woordvoerder weinig andere keuze dan his masters voice te zijn. Ook al rammelt je verhaal aan alle kanten.

Gratis koffie

 

Ik denk dat veel perswoordvoerders van de Soorwegen hetzelfde gevoel hebben gehad. De hele ochtend tot ver in de middag was het verhaal dat er voorlopig geen treinen zouden rijden. Natuurlijk was er wel gratis koffie om het wachten tot de eerst volgende trein wat draaglijker te maken. Maar het goede nieuws was toch vooral dat de NS er toch nog in geloofde de treinen straks toch weer in beweging zouden komen. Hoewel…

Tegen de tijd dat de avondspits weer op gang kwam, hoorde ik op NPO Radio1 een woordvoerder van de NS verklaren dat de reiziger er beter vanuit kon gaan dat er vandaag helemaal geen treinen meer zouden rijden. ‘Op vele plaatsen was de bovenleiding kapot en ook lagen er op talloze plekken nog bomen op de rails.’

‘Of er dan nog extra bussen zouden worden ingezet?’, vroeg de reporter van Radio 1. ‘Nee’, antwoordde de NS-woordvoerder. ‘Daarvoor waren de problemen te omvangrijk.’
‘Of opvang van gestrande reizigers dan misschien een optie was?’, drong de reporter aan. ‘Ook dat was’, aldus de NS-woordvoerder, ‘niet aan de orde.’
‘Maar u kan toch al die reizigers niet aan hun lot over laten?, reageerde de reporter geschokt?

Een goede mediatraining

 

De woordvoerder had ongetwijfeld een goede mediatraining gehad. Ze liet zich niet verleiden tot een welles-nietjes-spelletje, toonde alle begrip voor de grote ellende waarin de gestrande reizigers verkeerden en liet uiteindelijk de reporter en de luisteraars met ongeloof achter.

Nog geen uurtje later was er op NPO Radio1 weer nieuws te melden door de NS. Er bleken plotseling tóch enkele treinen te rijden. Ook was de NS erin geslaagd om tóch wat extra bussen in te zetten. En, last but not least, er zouden in Utrecht voor de gestrande reizigers tóch veldbedden beschikbaar worden gesteld. Het kon dus tóch plotseling…

Over de auteur

Evert van Wijk woonde en werkte de voorbije 30 jaar afwisselend in Vlaanderen en Nederland. Hij is crisiscommunicatieadviseur,  mediatrainer en auteur van verschillende boeken over mediatraining en debattechniek (www.mediatrainingbenelux.nl ). Ook schrijft hij boeken over cultuurverschillen tussen België en Nederland. www.cultuurverschillenbelgienederland.nl